Roeierspols
De roeierspols betreft een pijnlijke ontsteking van de peesschede in de onderarm, veroorzaakt door wrijving op de plek waar vier onderarmspieren elkaar kruisen. Deze klachten doen zich vaak voor bij roeiers en bij mensen die frequent en met kracht de pols buigen en strekken. Het klinische beeld van de roeierspols vertoont sterke overeenkomsten met het syndroom van De Quervain, waarbij beide aandoeningen zich qua pijnlocatie dicht bij elkaar bevinden en moeilijk te onderscheiden zijn.
Ongeveer vier tot zes centimeter boven het polsgewricht, richting de elleboog, kruisen twee strekspieren van de pols met twee strekspieren van de duim. De pezen van deze spieren liggen vlak over elkaar heen en zijn omgeven door een glibberig omhulsel, de peesschede, dat ervoor zorgt dat de pezen soepel over elkaar kunnen glijden. Bij de roeierspols is vermoedelijk deze peesschede ontstoken.
De betrokken spieren zijn de extensor carpi radialis longus, de extensor carpi radialis brevis, de extensor pollicis brevis en de abductor pollicis longus.
De aandoening ontstaat vaak door herhaaldelijk krachtig strekken en buigen van de pols, resulterend in een overbelastingsblessure. Mensen die roeien, gewichtheffen, turnen of racketsporten beoefenen, lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van een roeierspols.
De symptomen van een roeierspols omvatten pijn aan de bovenzijde van de pols of onderarm, enkele centimeters boven het polsgewricht aan de duimzijde. Pijn treedt op bij bewegingen van de pols en hand, zoals buigen, strekken en het vastgrijpen van voorwerpen. Soms is er een lichte zwelling of verdikking aan de bovenzijde van de onderarm, en tijdens het strekken en buigen van de pols kan een krakend of knisperend gevoel ter hoogte van de peeskruising aanwezig zijn.
Een vraaggesprek met de arts of fysiotherapeut, samen met een lichamelijk onderzoek, geeft meestal al duidelijkheid over de oorzaak van de klachten. Aanvullend onderzoek is zelden nodig.
De behandeling begint met het achterhalen van de oorzaak en het voorkomen van verdere overbelasting. Relatieve rust is vaak voldoende om de klachten te verminderen. Als de klachten aanhouden, kunnen behandelingsopties zoals immobilisatie met een spalk of gips, corticosteroïdeninjecties in de peesschede, of in zeldzame gevallen operatieve verwijdering van ontstekingsweefsel worden overwogen.
Maak hier je afspraak