Osgood Schlatter
Bij de Ziekte van Osgood-Schlatter is er sprake van een ongecontroleerde groei van de tuberositas tibiae, de knobbel aan de voorkant van het scheenbeen, net onder de knie. Deze aandoening kan worden beschouwd als een overbelastingsblessure van de knie tijdens de groeifase. Vooral jongens tussen de 10 en 16 jaar die een groeispurt doormaken en sport beoefenen, ervaren vaak Osgood-Schlatter. Bij meisjes komt deze aandoening iets minder frequent voor, meestal rond de leeftijd van 8 tot 12 jaar.
Bij Osgood-Schlatter is de aanhechting van de kniepees op het onderbeen geïrriteerd en ontstoken, wat ook wel apofysitis wordt genoemd. Deze irritatie veroorzaakt pijn op de aanhechting van de kniepees aan de harde knobbel direct onder de knie aan de voorzijde, ook bekend als de tuberositas tibiae. Na enkele maanden vormt zich vaak extra botweefsel op de plaats van de knobbel, als reactie op de trekkrachten van de pees op het botweefsel.
Doorgaans beginnen de klachten vaag en worden ze in de loop van de tijd intenser. Bij kinderen in de groei is de knobbel nog niet volledig vastgegroeid, waardoor de pijn wordt veroorzaakt door de voortdurende trek van de kniepees aan de ontwikkelende tuberositas tibiae. Klachten treden vaak op tijdens en na sporten waarin veel wordt gerend, gesprongen of geknield, zoals bij voetbal, atletiek en turnen.
Typerende klachten bij Osgood-Schlatter zijn:
Een arts of fysiotherapeut stelt de diagnose door middel van een vraaggesprek om de oorsprong en ontwikkeling van de klachten te begrijpen. Bij het lichamelijk onderzoek wordt de aanhechting van de kniepees op de tuberositas tibiae onderzocht. Pijn bij druk op de knobbel of waarneming van een verdikking kan wijzen op de Ziekte van Osgood-Schlatter.
Osgood-Schlatter is lastig te behandelen, maar de klachten verdwijnen doorgaans wanneer de groeischijf gesloten is, rond de leeftijd van 17 jaar bij jongens en iets eerder bij meisjes. Gedurende deze periode kunnen klachten aanhouden, waarbij geruststelling van het kind en de ouders van groot belang is. Tijdens deze fase zijn er echter maatregelen om de klachten te verminderen, waaronder relatieve rust, rekoefeningen voor verkorte spieren aan de voorkant van het bovenbeen, en geleidelijke opbouw van kniebelasting onder begeleiding van een fysiotherapeut. Een operatie is zelden nodig, maar het kan voorkomen dat na het verdwijnen van de klachten een wat grotere bult achterblijft vergeleken met de gezonde knie. Raadpleeg uw fysiotherapeut voor hulp bij pijnverlichting en het bevorderen van herstel.
Maak hier je afspraak