Acute schouderluxatie
Bij een schouderluxatie bevindt de schouder zich buiten zijn normale positie, meestal als gevolg van een val op de uitgestoken elleboog of hand. Dit resulteert in een uiterst pijnlijke schouder met beperkte bewegingsvrijheid, totdat de schouder weer op zijn plaats is gezet. Jaarlijks komen ongeveer 3 tot 4 schouderluxaties voor per 10.000 mensen.
De schouder bestaat uit een kop en een kom, waarbij de kom aanzienlijk kleiner is dan de kop. Deze anatomie biedt aanzienlijke beweeglijkheid maar maakt het gewricht tegelijkertijd instabiel. De stabiliteit wordt voornamelijk behouden door de spieren in de schouder en in mindere mate door het omliggende bandenapparaat.
Bij een schouderluxatie schuift de schouderkop uit de kom, waardoor het gewricht zijn normale functie verliest. Banden en kapsels kunnen hierdoor beschadigd raken doordat de schouderkop verder beweegt dan deze structuren aankunnen. In 95% van de gevallen luxeer de kop naar voren, wat vaak schade aan de voorrand van de kraakbenige ring (labrum) veroorzaakt. Luxaties naar achteren zijn zeldzamer en worden soms over het hoofd gezien.
Schouderluxaties ontstaan meestal door ongevallen of vallen. Bij pogingen om een val op te vangen door een arm uit te steken, kunnen de krachten op de schouder dermate groot worden dat deze uit de kom schiet. Als de schouder eerder uit de kom is geweest, neemt de kans op herhaling toe, zelfs met geringe kracht.
Een luxatie kan ook voortkomen uit een krachtige spiercontractie als gevolg van een elektrische schok of convulsie (stuiptrekking).
Patiënten ervaren intense pijn en durven de arm nauwelijks te bewegen. De schouderspieren spannen reflexmatig aan om het gewricht te stabiliseren. Door de verschoven kop kan er een duidelijke indeuking aan de buitenkant van de schouder zichtbaar zijn, met de kop op een andere plaats, meestal aan de voorkant van de schouder.
Schouderluxaties kunnen leiden tot schouderinstabiliteit.
Bij vermoeden van een luxatie wordt radiologisch onderzoek uitgevoerd. Een röntgenfoto onthult de richting van de luxatie en eventuele botbreuken. Er wordt ook gekeken naar mogelijke schade aan spieren en het gewrichtskapsel.
Om verdere schade te voorkomen, moet de schouderkop terug naar zijn oorspronkelijke positie worden gebracht. Dit kan, afhankelijk van de situatie, worden bereikt met spierverslappers en pijnstillende medicatie. Bij een langdurige luxatie kan algemene narcose overwogen worden.
Maak hier je afspraak